‘Taal als beeldend middel’ is het idee achter de kunst die in Huis De Pinto wordt getoond. Job Koelewijn bijt de spits af na de tijdelijke sluiting vanwege de coronacrisis met ‘visuele poëzie’ op de muur van de voorruimte. Gracia Khouw volgt in oktober met een ‘conversation piece’.
Poëzie, literatuur en filosofie hebben grote invloed op het werk van Job Koelewijn. Zijn werk varieert van foto's en films tot kleine objecten en ruimtevullende installaties. Koelewijn gebruikt veel tekst in zijn beeldende werk, vooral poëzie, van Marsman tot Beckett. De materialen die hij gebruikt appelleren vaak aan de tastzin, de reuk en het gehoor. In Huis De Pinto zal Koelewijn een tekst gebruiken die onverwacht zeer van toepassing is door de strijd tegen het coronavirus.
Koelewijn: ‘Naast tekst is een ander belangrijk onderdeel van mijn werkwijze de Oosterse filosofie, waarmee ik al voor mijn kunstenaarschap in aanraking kwam en sterk door beïnvloed ben.
Een westers bewustzijn, met een oosters inzicht.'
Job Koelewijn (1962) volgde de Gerrit Rietveld Academie en het Sandberg Instituut, beide te Amsterdam. Hij heeft deelgenomen aan talrijke tentoonstellingen in binnen- en buitenland. Zo was hij in 1999 en in 2001 vertegenwoordigd op de Biënnale van Venetië. Werk van hem is aangekocht door het Stedelijk Museum in Amsterdam en vele andere grote musea in binnen- en buitenland. Job Koelewijn ontving o.m. de Charlotte Köhler Prijs (1996), de Sandbergprijs (1999) van het Amsterdamse Kunstenfonds en de A.H.Heinekenprijs (2006).
Deze expositie is tot 15 oktober te bezichtigen tijdens onze aangepaste openingsuren ma t/m za 13.30-17.00 uur.
